Uit nieuwe gegevens blijkt dat 2022 het op vier na warmste jaar ooit voor Europa was.
Wetenschappers waarschuwen echter dat 2023 nog warmer zou kunnen worden als er een einde komt aan een klimaatverschijnsel genaamd La Niña, dat de wereldwijde temperaturen heeft gedrukt.
Wat is La Nina?
La Niña maakt deel uit van een klimaatfenomeen dat het El Niño Southern Oscillation (ENSO)-systeem wordt genoemd.
Er zijn twee tegengestelde staten – El Niño en La Niña – die beide de weerpatronen over de hele wereld aanzienlijk veranderen.
De afgelopen jaren heeft de wereld opeenvolgende La Niña-periodes meegemaakt, met als gevolg dalende temperaturen en zware regenval in Canada en Australië.
Winden die langs de evenaar over de Stille Oceaan waaiden – van Zuid-Amerika in het oosten tot Azië in het westen – waren sterker dan normaal.
Deze “passaatwinden” stapelden warm water op voor de kust van Azië, waardoor het zeeoppervlak steeg. In het oosten, bij Amerika, stroomde koud water naar de oppervlakte.
Tijdens El Niño gebeurt het tegenovergestelde: met zwakkere passaatwinden verspreidt het warme water zich terug naar Amerika en stijgt er minder koud water naar de oppervlakte.
Het fenomeen werd voor het eerst waargenomen door Peruaanse vissers in de 16e eeuw.
Ze merkten op dat het warme water in december in de buurt van Amerika leek te pieken en noemden het evenement “El Niño de Navidad”, wat in het Spaans “Christuskind” betekent.
Hoe veranderen El Niño en La Niña het weer?
Niet elk El Niño- of La Niña-evenement is hetzelfde, maar wetenschappers hebben enkele typische effecten waargenomen:
temperaturen
De wereldwijde temperatuur stijgt met ongeveer 0,2°C tijdens een El Niño-episode en daalt met ongeveer 0,2°C tijdens La Niña.
El Niño betekent dat warmer water zich verder verspreidt en dichter bij de oppervlakte blijft. Hierdoor komt er meer warmte vrij in de atmosfeer, waardoor er nattere en warmere lucht ontstaat.
Het warmste jaar ooit gemeten, 2016, was een El Niño-jaar.
Tussen 2020 en 2022 waren er drie opeenvolgende La Niña-afleveringen op het noordelijk halfrond.
Ondanks de La Niña-triple was 2022 het vijfde warmste jaar ooit gemeten, volgens de EU Climate Monitoring Service.
Prof Adam Scaife van het Met Office zei: “De wereldwijde gemiddelde temperaturen lagen de afgelopen drie jaar dicht bij recordhoogtes, maar zonder de verkoelende effecten van een langdurige La Niña zouden ze nog hoger zijn geweest.”
Een temperatuurstijging van 0,2°C zou ongeveer 20% toevoegen aan de bestaande wereldwijde temperatuurstijging als gevolg van klimaatverandering.
The Met Office verwacht dat La Niña later dit jaar zal eindigen, “wat het vooruitzicht van nog hogere temperaturen op aarde vergroot”.
Veranderingen in neerslag
Tijdens El Niño-evenementen drijft het warmere water de krachtige luchtstromen van de Pacifische straalstroom verder naar het zuiden en oosten.
Dit zorgt voor natter weer in de zuidelijke staten van de VS en de Golf van Mexico, terwijl het noorden van de VS en Canada droger blijven.
Azië, Australië en Centraal- en Zuid-Afrika worden doorgaans getroffen door droogtes.
Het tegenovergestelde wordt waargenomen bij La Niña-evenementen: droogte in het zuiden van de Verenigde Staten en zware regenval in Canada en Azië.
In oktober 2022 kreeg Australië te maken met een record aan regenval en overstromingen vanuit La Niña.
Tropische stormen
La Niña veroorzaakt ook meer Atlantische orkanen – die Florida en andere zuidelijke staten treffen – maar minder tropische stormen in de Stille Oceaan.
Het tegenovergestelde is waar voor El Niño-evenementen.
Hoe vaak komen deze afleveringen voor?
El Niño- en La Niña-afleveringen komen doorgaans om de twee tot zeven jaar voor en duren doorgaans negen tot twaalf maanden.
Ze wisselen elkaar niet noodzakelijkerwijs af: La Niña-evenementen komen minder vaak voor dan El Niño-evenementen.
Welke invloed hebben deze gebeurtenissen op ons?
De extreme weersomstandigheden veroorzaakt door El Niño en La Niña hebben gevolgen voor infrastructuur, voedsel en energiesystemen over de hele wereld.
De droogte in Canada en Azië veroorzaakt door de El Niño-fase van 2014-2016 leidde tot misoogsten en tastte de voedselzekerheid van meer dan 60 miljoen mensen aan, volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties.
Tijdens El Niño-evenementen komt er minder koud water uit Amerika naar de oppervlakte, waardoor er minder voedingsstoffen van de zeebodem worden meegenomen.
Dat betekent dat er minder voedsel beschikbaar is voor mariene soorten zoals inktvis en zalm, wat op zijn beurt de visstand in de vissersgemeenschappen in Zuid-Amerika vermindert.
Heeft klimaatverandering invloed op El Niño/La Niña?
In 2021 zeiden klimaatwetenschappers van het IPCC van de VN dat ENSO-gebeurtenissen sinds 1950 sterker waren dan die waargenomen tussen 1850 en 1950.
Er staat echter ook dat historisch bewijs, zoals boomringen, koraal en sedimentgegevens, aantoont dat er sinds de 14e eeuw variaties zijn geweest in de frequentie en omvang van deze afleveringen.
Het IPCC concludeerde dat er geen duidelijk bewijs is dat klimaatverandering de gebeurtenissen El Niño of La Niña heeft beïnvloed.